U bent hier

Bibliografie

Exporteer 363 resultaten:
Filters: De-wet-op-internet is   [Alle filters opschonen]
F
Floridi, L. (2014).  The Fourth Revolution; How the Infosphere is Reshaping Human Reality. 272.
Floridi, L., & Taddeo M. (2016).  What is data ethics?. 374 Issue 2083(Royal Society Publishing), 
Floridi, L. (2018).  Semantic Capital: Its Nature, Value, and Curation. Philosophy & Technology, 17.
Semantic Capital is any content that can enhance someone’s power to give meaning to and make sense of (semanticise) something. So one could say that archives are semantic capital.
Floridi, L., & Cowls J. (2019).  A Unified Framework of Five Principles for AI in Society. Harvard Data Science Review. 1,
Er staan een vijftal elementen centraal Autonomy (autonomie, altijd de mogelijkheid om te besluiten en in te grijpen) Beneficence (het goede doen) Fairness (eerlijk) Non-maleficence (niet schadelijk) Explicability (Enabling the other principles of autonomy, beneficence, fairness, justice and non-maleficence through intelligibility and accountability.)
Floridi, L. (2019).  The Logic of Information. A Theory of Philosophy as Conceptual Design. 272.
Floridi, L. (2002).  On the intrinsic value of information objects and the infosphere. -.
Floridi, L. (2015).  The onlife manifesto; Being Human in a Hyperconnected Era.
Floridi, L. (2008).  A defence of informational structural realism. 51.
Floridi, L. (2019).  Translating Principles into Practices of Digital Ethics: Five Risks of Being Unethical. 9.
Floridi, L. (2013).  The Ethics of Information. 384.
Floridi, L. (2009).  Philosophical Conceptions of Information. -. 41.
Information is notoriously a polymorphic phenomenon and a polysemantic concept so, as an explicandum, it can be associated with several explanations, depending on the level of abstraction adopted and the cluster of requirements and desiderata orientating a theory. The reader may wish to keep this in mind while reading this article, where some schematic simplifications and interpretative decisions will be inevitable.
Floridi, L. (2013).  What is a philosophical question?. 44(Metaphilosophy), 27.
Floridi, L. (2005).  Is Semantic Information Meaningful Data?. Vol. LXX, no. 2(Philosophy and Phenomenological Research), 20.
Floridi, L. (2009).  The Information Society and Its Philosophy: Introduction to the Special Issue on "The Philosophy of Information, its Nature and Future Developments". -. 25(The Information Society), 6.
Philosophy of Information (PI): The philosophical field concerned with the critical investigation of the conceptual nature and basic principles of information, including its dynamics, utilisation and sciences.
Floridi, L. (2002).  On defining library and information science as applied philosophy of information. 13.
Floridi, L. (2016).  On Human Dignity as a Foundation for the Right to Privacy. 6.
Floridi, L. (2004).  Afterword; LIS as Applied Philosophy of Information: A Reappraisal. 13.
Folmer, E., Wams N., & Knubben B. (2010).  Handreiking Multimediaformaten. Naar optimale toegang van audio, video en afbeeldingen. 60.
Multimedia maken meer en meer deel uit van de manier waarop we ons dagelijks uitdrukken; audio en video maken inmiddels het overgrote deel uit van het internetverkeer. Daarbij maken we gebruik van allerhande formaten, soms zonder daar goed bij stil te staan. Deze handreiking geeft achtergrond bij de de keuzes die u kunt maken om video en audio beschikbaar te stellen.
Folmer, E., & Verhoosel J. (2011).  State of the Art on Semantic IS Standardization, Interoperability & Quality.
Studie naar de ontwikkelingen en de stand van zaken op het terrein van uitwisselbaarheid, standaardisatie en de toepassing van semantiek in de informatievoorziening.
Folmer}, E. Johan Albe (2012).  Quality of semantic standards.
Formsma, W.J. (1966).  Ordeningsbeginselen. nr. 70(Nederlands Archievenblad), 4.
Overgangsbeginsel is het beginsel, dat bij overgang van een taakonderdeel van een bestuur of persoon naar een ander bestuur of persoon de desbetreffende archiefbestanddelen behoren mee over te gaan.
PDF-pictogram 10082.pdf (3.13 MB)
Formsma, W.J. (1973).  Het inventariseren van archieven.
Fundamenteel werk over het vak van ordenen en beschrijven.
PDF-pictogram 2612.pdf (9.35 MB)
Foscarini, F., & Ilerbaig J. (2017).  Intertextuality in the Archives.
In: Frans Smit, Arnoud Glaudemans and Rienk Jonker, Archives in liquid times, Stichting Archiefpublicaties, 's Gravenhage, 2017. (p 176-195)
Fox, drs. J. (1973).  Fouten bij het inventariseren van archieven, bittere ervaringen door een examinator opgedaan. 1973, nr. 77(Nederlands Archievenblad), 11.
De 14 stellingen: De indeling van een archief inventaris is moeilijk. Een bepaald indelingsschema kan in theorie heel goed zijn, het deugt niet voor het archief, dat men ordent, als men moet gaan forceren om het betrokken archief erin te passen. Bij elk archief moet men als het ware zoeken naar de indeling, waar het betrokken archief om vraagt. Men mag archieven van verschillende herkomst in één inventaris beschrijven, mits men zulke archieven daarin naar hun herkomst gescheiden houdt. Bij de indeling van een archief inventaris in rubrieken duidt men die rubrieken aan hetzij naar onderwerpen (abstract) hetzij naar stukken (concreet). Men mag beiderlei wijze van indeling niet door elkaar halen. Rubrieken moeten zo worden ontworpen, dat ze elkaar uitsluiten. Niet overlappen. In een rubriek ‘Algemeen’ of ‘Stukken van Algemene aard’ behoren uitsluitend stukken te worden ondergebracht, die aan die aanduiding voldoen. Men kan er niet alle stukken in onderbrengen, die men toevallig in andere rubrieken niet kwijt kan. De hoofdindeling ‘Algemeen-Bijzonder’ is kenmerkend voor seriearchieven, d.w.z. voor archieven, waarvan de hoofdbestanddelen uit series bestaan. Deze indeling leent zich niet voor elk archief. De hoofdindeling ‘Orgaan-taak’ of ‘Organisatie-taakuitoefening’ is kenmerkend voor rubriek- en dossierarchieven. D.w.z. voor archieven, waarvan de stukken in hoofdzaak onderwerps- en zaaksgewijze bijeen zijn gehouden. Onderscheidt men bij de indeling van een inventaris ‘Stukken van Algemene aard’ en ‘Stukken van Bijzondere aard’, dan mag daar geen derde rubriek meer op volgen. In de inventaris beschrijft men concrete stukken. Men moet deze stukken dan ook zoveel mogelijk met concrete termen aanduiden. Het feit, dat een stuk de vorm van een afschrift heeft, behoort in de beschrijving te worden opgenomen evenals de aanwezigheid van retroacta. Zulke bijzonderheden zijn te essentieel dan dat ze vermeld mogen worden in een toelichtend N.B. Stukken, die men in een archief aantreft zonder dat ze daar eigenlijk in behoren, vereisen een aparte behandeling. Deze regel is o.a. van toepassing op ambtelijke stukken in een particulier archief. Familie-archieven en andere archieven van particuliere aard dienen als archief te worden opgevat en behandeld, niet als een collectie. Verzamelde stukken, die men in een particulier archief aantreft, behoeven er niet uit te worden verwijderd, maar dienen wel scherp gescheiden te worden van de archiefstukken in engere zin. De rubriek, waarin men verzamelde stukken onderbrengt, behoort niet het opschrift ‘Documentatie’ te dragen. (blz 327-337)
Franssen, M., Lokhorst G-J., & van de Poel I. (2018).  Philosophy of Technology.

Pagina's